Bewustwording met yoga

Bij yoga gaat het vooral om bewustwording. Het gaat niet alleen om het lichaam, maar ook om de adem, de geest en emoties. In een yogahouding houding word je je bewust van het huidige moment, van je lichaam en adem. Doordat je de beweging en adem met elkaar verbindt, heb je je geest onder controle. De aandacht is naar binnen gericht. Je accepteert de conditie en lenigheid van het lichaam op dat moment. Het ultieme doel van yoga is samadhi, bevrijding en verlichting. Om verder in yoga te komen is een strenge discipline vereist. Als yogi gaat het je niet om het resultaat. Het beoefenen van yoga is een doel op zich. Samadhi kun je niet forceren, het wordt je wel of niet gegeven. – Uit het boek 300 yogahoudingen

Waarom zitten we vast in het bekken

De meeste mensen in ‘ontwikkelde landen’ zitten vast in het bekkengebied. Dat komt omdat we als kind al in de stoel gaan zitten in plaats van op de grond. Wat we ook doen, doen we zittend op de stoel of we staan met de benen gestrekt. Ook op toilet zitten we gewoon op de toiletpot. Daardoor worden de spieren in het bekkengebied zwak. In de ‘derde wereld’ landen zijn er geen stoelen en ook geen toiletpotten. Meeste mensen staan dan gewoon in de hurkhouding of zitten ze in de kleermakerszit. Hierdoor wordt het bekkenbodem sterk. Er is ruime in het bekken en daardoor is er ook veel meer beweging mogelijk. Doordat we de meeste tijd zittend op de stoel of op de bank doorbrengen, worden ook de knieën steeds minder. We vergeten de knieën te buigen als we iets optillen en daardoor krijgen we weer last van de onderrugklachten. We bewegen niet functioneel. Met functioneel bewegen bedoelen we dat we het lichaam gebruiken waarvoor het gemaakt is. Het lijkt erop dat we de basis bewegingen opnieuw moeten gaan aanleren. Daar zorgt yoga voor. Met yoga gaan we de spieren soepel en sterk maken en brengen we het lichaaam in balans.

Kernstabiliteit met yoga

Je buikspieren zijn sterk als je regelmatig yoga beoefent of de buikspieroefeningen doet. Sterke buikspieren beschermen je rug en verbeteren de lichaamshouding. Hierdoor kun je beter hardlopen want bij hardlopen gaat het o.a. ook om de balans, symmetrie en coordinatie van de bewegingen. De kernstabiliteit werkt ondersteunend en is onmisbaar voor een goede hardlooptechniek. Het helpt om de blessures te voorkomen. Een goede, sterke kern vormt de basis voor efficiënte, economische bewegingen. De hoge en lage plankhoudingen zijn goede buikspieroefeningen.

Halve lage plank op de ellebogen Ga op handen en knieën zitten. Plaats dan je ellebogen op de grond en vouw de vingers in elkaar. Op een inademing strek je de benen naar achteren en kom je naar de lage plankhouding. De buikspieren zijn aangespannen en je kijkt naar de grond of naar voren. Als het te zwaar is, plaats je de knieën weer terug op de grond. Voor een uitdaging kun je ook om en om de linker- en rechtervoet van de grond optillen. Blijf een aantal ademtellen in deze houding en daarna ontspan je weer op de grond. Strek de armen langs het lichaam en draai het hoofd naar rechts of naar links. Voel wat deze oefening heeft gedaan voor je. Effect: het versterkt en brengt je hele lichaam in vorm. 

Zijwaartse plank Begin bij de hoge plankhouding. Je handen zijn onder de schouders en je vingers wijzen naar voren. Je hele lichaam staat op een lijn. Beide benen zijn gestrekt en de buikspieren licht aangespannen. Op een inademing verplaats je het gewicht naar de rechterhand en draai je naar links. Je komt op de zijkant van de voeten staan. Je opent de borst naar links en je linkerarm is naar omhoog gestrekt. Op een uitademing kom je weer terug naar de plank en herhaal je de oefening naar rechts. Aan het eind kom je van de plank naar de kindhouding en ontspan. Effect: het versterkt je arm- en buikspieren. 

Kop (hand)stand is de koning van alle yogahoudingen

‘Wanneer alles in het leven op zijn kop staat, is het het beste om zelf ook op de kop te gaan staan’, zeggen de ervaren yogi’s. In de kopstand (sirsasana) gaan we ook anders naar het leven kijken en zien we alles vanuit een andere perspectief. Wanneer we de kopstand niet kunnen doen, beoefenen we de schouderstand (sarvangasana). De schouderstand heeft bijna dezelfde werking als de kopstand. Beide houdingen hebben een verjongend en ontspannend effect. Er zijn meerdere variaties mogelijk en we kunnen ze op verschillende manieren beoefenen. De schouderstand en de kopstand zijn yogahoudingen voor alle onderdelen van het lichaam. Beide hebben zoveel positieve effecten op het lichaam dat ze terecht de koningin en de koning van alle yogahoudingen genoemd worden. De schouderstand is in vergelijking met de kopstand best makkelijk uit te voeren. De kopstand is meer intens en krachtig omdat het lichaamsgewicht voornamelijk gedragen wordt door het hoofd. Elke dag een paar minuten in de kopstand staan zorgt voor een goede gezondheid. De spirituele chakra’s worden geopend omdat in de kopstand de lagere energieën direct omgevormd worden naar de hogere energieën. De schouderstand heeft meer vrouwelijke en de kopstand meer mannelijke energie. Het is belangrijk dat we de houdingen niet forceren, maar ze langzaam opbouwen.

Voorwaarden voor de beoefening:

  • in goede gezondheid verkeren
  • minstens twee uur voor de beoefening niet eten
  • de darmen en de blaas dienen eerst geledigd te worden
  • doe eerst een paar oefeningen voor de nek en de schouders
  • begin tegen de muur als je de houding voor het eerst doet
  • blijf niet te lang in de houding
  • tijdens menstruatie en zwangerschap vermijd je de schouder- en kopstand
  • bij te hoge bloeddruk en andere lichamelijke klachten overleg je eerst met een arts

Enkele voordelen:

  • activeert de schildklier
  • activeert de bloedsomloop en het lymfesysteem
  • verbetert de spijsvertering
  • verbetert de lichaamshouding
  • verdiept de adem
  • verbetert de doorbloeding in het bekken
  • meer zuurstof in de hersenen
  • goede hormoonbalans
  • minder druk op de wervels
  • werkt ontspannend op de geest
  • verjongend effect
  • verbetert het evenwichtsgevoel

SIRSASANA – Kopstand
Kom op handen en knieën. Plaats de kruin van het hoofd tussen de handen. Krul je tenen en strek je benen goed door. Loop met de voeten naar het hoofd toe en plaats je knieën op de bovenarmen. Strek dan rustig de benen naar omhoog.